Page images
PDF
EPUB
[blocks in formation]

And Here I end the long Ballad,
The which you have just redde ;
And wish that it may stay on earth,
Long after I am Dead.

Albany, 12th. of June 1690.

Walter Wilie.

Bl. 61.,,Peter Schuyler van Albany." Onder de beroemde Amerikaansche geslachten van Nederlandschen oorsprong, behoort naast de van Rensselaer's, de Schelluynen en anderen, ook dat van Schuyler. De in den tekst genoemde Peter Schuyler was Mayor, kolonel en kommandant van het moordelijke leger (northern militia), die eenen aanmerkelijken invloed op de vijf volksstammen (Five nations) der Indianen uitoefende. Zijn zoon, generaal Philip Schuyler, bewees, naast Washington en anderen, den staat niet minder uitstekende diensten, door een werkzaam aandeel, dat hij aan den Amerikaanschen vrijheids-oorlog nam, waarin Nieuw-York, dat hij eenigen tijd als Gouverneur bestuurde, als het Amerikaansche Vlaanderen. d. i. als het tooneel des oorlogs gold. Als veldheer en staatsman beide heeft hij zijne Nederlandsche afkomst eere aangedaan. Onder de Amerikaansche revolutie-mannen, wier namen hunne Nederlandsche afkomst genoegzaam aanduiden, als gen. P. van Cortlandt, kol. Gansevoort, Robert van Rensselaer, Abr. ten Broek, Isaac Roosevelt, Rich. Varick, enz. bekleedt het geslacht der Schuyler's eene uitstekende plaats.

Zie van den kanselier James Kent, An anniversary Discourse, etc. Collections of the N. Y. Hist. Soc. 2. Ser. I vol. p. 19 en verv.

Bl. 64.,, Archibald Laidlie." Deze zoo wij meenen, een Schot van afkomst, was in 1763 nit Vlissingen naar Nieuw-York beroepen, waar hij tot 1778 het predikambt bekleedde, gelijktijdig met Ritzema en de Ronde. Hem betreffende vinden wij bij Watson aangeteekend, dat hij een ijverig predikant en van strenge zeden was, die zich met veel ijver tegen de gebruikelijke Hollandsche danspartijen verzette, Watson, Annals etc. p. 204. Ritzema en de Ronde begaven zich, in 1776 naar het vaderland terug, toen de Engelschen ten tweede male de stad Nieuw-York in bezit namen, zie Dr. de Witt, in de Coll. of the N. Y. Hist. Soc., 2. Ser. vol. 1. p. 391. Uit de Actenboeken der Engelsche gemeente te Vlissingen blijkt, volgens vriendelijke opgave van Ds. van Toorenenbergen: ,,Archibald Laidlie beroepen te New-York 21 Julij 1763, dit beroep geapprobeerd door de Classis van Amsterdam,,, Nomine New-York" 3 Oct. 1763."

Bl. 64.,, Robert Livingston." Deze de zoon van den Schotschen predikant John Livingston te Rotterdam, had zich van Holland naar Nieuw-Nederland begeven, en werd bij zijne komst in Amerika, Secretaris van het Hollandsche bestuur te Albany. Zoo het schijnt hadden zich onder zijne leiding ook nog andere Hollandsche Brownisten uit Holland (Amsterdam) derwaarts begeven. Watson verhaalt, dat hij een eigenhandig geschreven brief gezien heeft, door zijne moeder aan hem uit Amsterdam geschreven, toen zij reeds eene vrouw van tachtig jaren was, waarin zij hem een 50tal Brownisten aanbeveelt, dic hem elk zeven jaren dienen wilden, alleen voor voedsel en kleeding; en zulks om vrijheid van godsdienst en geweten te genieten. Het geslacht der Livingston's vestigde

zich nabij de stad Hudson, aan den prachtigen stroom van dien naam. Een der Livingston's (insgelijks Robert geheeten) kocht in 1752, 300,000 acres boschland, dat zich uitstrekte van de Esopus tot aan de Delaware, en toen in 1755, de plunder- en moordzieke Indianen aan den Kinderhoek en de Esopus verschenen, was hij het, die ze met een 40tal mannen verdreef. Onder het aanzienlijk geslacht der Livingston's tellen wij een' Peter van Burgh Livingston, onder de zoogenoemde zeven deelhebbers van Schoharie (seven partners of Schoharie); een' kolonel Livingston; den Hollandschen predikant John H. Livingston (1770-1810) te Nieuw-York, wiens leven, als eene kostbare bijdrage tot de kerkelijke geschiedenis beschreven werd door Alexander Gunn (Life of the Rev. John H. Livingston), waartoe wij echter vergeefsche moeite gedaan hebben het nog tijdig te bekomen; een William Livingston, als eerste onderteekenaar van wege den Staat Nieuw-Jersey, van de Constitutie der Vereen. Staten. Deze en Cochran, waren tafelvrienden van Washington. Vermoedelijk was het ook in handen van dezen Livingston als Kanselier, dat Washington, op een kwarto Bijbel, zijnen eed van trouw aan de Constitutie zwoer. William Livingston bekleedde later de betrekking van Gouverneur van Nieuw-Jersey, en is mede als schrijver van eenige werken bekend, die onder den titel van the works of Gov. Livingston, 3 vols. 8°., in het licht verschenen; meest van staat- en zedekundigen inhoud. Hij stierf in 1790. Zie over zijn karakter en verdiensten Dr. A. M'c Worther's Character of Wm. Livingston, in de Univ. Asylum 1791, vol. 1, p. 7 sq.Zie ook Chr. Dan. Ebeling's Erdbeschr. und Geschichte von Amerika, 3 Bd. S. 654 etc., en over zijne werken, waarvan een door Gallois in het Fransch vertaald, ald. S. 467 in den noot. Ook Theodore Sedgwick Jr., gaf een ,,Life of William Livingston," dat geroemd wordt.

Omtrent Philip Livingston, vindt men nadere berigten in James Herring,,the National Portrait gallery of distinguished Americans (een werk van 4 dln. met 140 portretten). Zie ald. de Witt Clinton's Sketch of the Life of Philip Livingston. Deze was de vader van den bovengemelden Gouverneur en stierf in 1709. Watson's Annals etc. p. 308.

[ocr errors]

Bl. 65. Guiljaume Bertholf," (niet Redtholf, zoo als wij in de aanteekeningen van Ds. Swalue, op Baird, Kerkel. gesch. enz. door Swalue, II. Dl. bl. 169, aantreffen, en door ons gevolgd werd).

Ter bekoming van eenige meerdere inlichting dezen Bertholf betreffende, hebben wij ons aan den Eerw. van Toorenenbergen te Vlissingen gewend, die ons onder zeer verpligtend schrijven van 16 Jan. 1852, navolgende uittreksels uit de Actenboeken der Classis van Middelburg deed toekomen, waarvoor wij ZEw., den meesten dank betuigen:

Classis ordinaria, gehouden tot Vlissingen den 2. Sept. 1693.

Art. 9.

Guiljaume Bertholf 1), jegenwoordig Voorleser in de gemeynte van twee dorpen in Nieuw-Nederlant, hebbende overgelevert een sekeren brief, onderteykent van vele leden van die gemeynte, die versoeken hem tot haren ordinaren Herder en Leeraar te mogen hebben, so is geresolveert, dat men op morgen daarover met hem handelen sal."

1) Niet Redtholf.

Continuatio Classis ord., gehouden tot Middelburg, den 3. Sept. 1693.

Art. 5.

„Guiljaume Bertholf (waarvan gemelt is art. 9 praecedentis Classis) voor dese Vergadering sijnde verschenen, en sijn versoek uyt name van die gemeynte in Nieuw Nederlant hebbende voorgestelt, so heeft dese Eerw. Vergaderinge, siende den sonderlingen yeverigen drift en genegentheyt van die K'ke (kerke) tot siju Persoon, om sulks niet te verhinderen, goetgevonden een preuve van sijn gaven en bequaamheden te nemen door een Examen van Ds. Praeses omtrent hem te laten geschieden heden over 14 dagen."

Classis Extraordinaria, gehouden tot Middelburg, den 16 Sept. 1693.

Art. 2.

,,Gailjaume Bertholf, volgens den 5. art. van 't Classis van 3 Sept. sijn propositie over Math. XI: 28 gedaan hebbende, heeft sodanige contentement gedaan, dat hij tot sijn Examen is toegelaten, in welk Examen hij ook sulken preuve van sijnc bequaamheden heeft gegeven, dat de E. Vergadering het versoek van de K'ke van Accynisginouk en Ackensack 1) om hem met die qualiteyt als haren ordinaren Herder en Leeraar te mogen hebben, heeft ingewilligt, en bijgevolge de beroeping van die gemelde K'ke op sijn persoon gedaan geapprobeert, gelijk sij die approbeert mits desen, resolverende met eenen SijnE. tot den H. Dienst van die K'ke, daar hij toe beroepen is, te installeeren en met oplegging der handen te bevestigen, gelijk dan sulks (nadat den Assessor Ds. Hugo Fits een predikatie over Esa. L1I:7 gedaan hadde, door den Praeses Ds. Abr. Duyvelaar is geschiet, hebbende ook den bevestigden broeder aangenomen, om die voorn. K'ke volgens onse gearresteerde K'kenordeningen te regeren, tot welken eynde SijnE. de formulieren van eenigheyt heeft onderteykent."

Bl. 66.,,Coetus- en Conferentie-partij." Een en ander nopens deze partijen vindt men in de Introduction door den Gouvern. William H. Seward, voor de Natural History of New-York, Albany 1842, ald. fol. 32 en 33, voorts 35 en 36. Wijders zie men het vertaalde werk van Robert Baird, Kerkel. geschiedenis enz. der Vereen. Staten van Noord-Amerika (door E. B. Swalue, te Goes), 1849, II. Dl. bl. 169. Wij hebben dienaangaande echter uit vollediger bron kunnen putten, waar men ook the Articles of Union in hun geheel vindt medegedeeld, namelijk uit the Acts and proceedings of the general Synod of the Reformed prot. Dutch Church in North-America, convened at Kingston N. Y. June 1848, en ald. bl. 397 enz. Zie aldaar ook over de Consistorien bl. 341; over de Classen bl. 343, over de Synoden bl. 349 enz.

Voor de nadere en juiste kennis der Gereform. Hollandsche Kerk in NoordAmerika, bevatten deze Acts and proceedings, een aanhangsel getiteld: A Digest of the printed Minutes of the general Synod of the Reformed prot. Dutch Church, from the year 1794, to June 1848 inclusive, etc. published by order of Synod. Men kan deze Digest aanmerken als het wetboek der kerk, zoo als zij zich sedert 1794 tot 1848 ontwikkeld heeft. Wij hebben hiervan melding gemaakt op bl. 73

1) Ongetwijfeld Hackensack onder de Classis Bergen, thans eene gemeente van 125 gezinnen, 650 leden der Holl. Kerk; Accynisginouk is van de lijst der kerken verdwenen.

in den tekst. Deze en andere Acts and proceedings, als van de algem. Synode te Philadelphia, Junij 1839, en te New-Brunswick, Julij 1839; benevens van de Hoogduitsch Hervormde kerk (German Reformed Church), waarover later, hebben wij te danken aan den Eerw. Js. N. Wijck off, te Albany, een dier Nederland-. sche afstammelingen, die der Gereformeerde kerk in de Vereenigde Staten tot sieraad verstrekken. Zijn naam komt dan ook veelvuldig in de handelingen der Synode voor.

[ocr errors]

Bl. 68. Brief van 3 Oct. 1768." Gaarne had ik gewenscht, deże en andere oorspronkelijke stukken onder de bijlagen of aanteekeningen op ons werk te kunnen opnemen, en nam daarom toevlugt tot schrijven aan een der achtenswaardige predikanten te Amsterdam, den cerw. J. Brave, van wien ik in verpligtend schrijven van 15 Dec. 1851 ten antwoord bekwam:

[ocr errors]

Geen Scriba zijnde van 't Klassik. Bestuur, heb ik mij, na ontvangst uwer letteren tot dezen vervoegd, en zijne hulp ingeroepen. Doch wat ik reeds vermoedde, werd door zijne inlichtingen bevestigd. De Klassis van Amsterdam heeft ten jare 1844 goedgevonden, de stukken en papieren, betreffende de Holl. Kerk in N. Amerika aan de Klassis van N. York ten gebruike, en later, in 1845, om ze aan die Broeders in eigendom af te staan, gelijk die Brocders in 1846, als bewijs van erkentenis daarvoor eene niet onbelangrijke gift aan ons Klass. Weduwenfonds hebben afgestaan. In ons Klass. Archief is dus niet veel bijzonders of belangrijks, de Holl. Kerk van N. Amerika betreffende. Althans zal wel hetgeen mogt zijn overgebleven niet veel tot verbetering of opheldering behelzen kunnen. 't Zijn slechts enkele kruimels, hier en daar verspreid, en met moeite te vinden."

Bl. 75.,, St. Nicolaas-feest te Albany." De afstammelingen uit Nederland in Amerika (the Dutch) hebben niet, zoo als de Nieuw-Engelanders, hunnen gedenkdag van hunne eerste aankomst in Amerika, hoewel men den 3. en 12. Sept. als zoodanig heeft aangemerkt; zijnde de dagen, waarop Hendrik Hudson het eerst den voet op Manhattan zette. In Nieuw-Amsterdam gold als zoodanig de 3., en te Beverwijck de 12. Septr.; maar eigenlijke gedenkdagen, als den 22 Octr., onder de Nieuw-Engelanders, waarop nog jaarlijks de aankomst der Puriteinen herdacht wordt, waren het niet.

[ocr errors]

Daarentegen bezitten de oude Hollanders in Amerika vijf jaarlijksche feestdagen, die zij ook, althans de vier eersten als kerkelijke feesten in hooge achting houden; terwijl het laatste meerder als een nationaal feest kan worden aangemerkt. — Deze feesten zijn namelijk: Kerstijd, het Nieuwe Jaar (een burgerlijk feest), Paschen, Pinksteren, en het in den tekst genoemde St. Nicolaasfeest. Dit laatste feest heeft men onder den naam van eene Hollandsch Amerikaansche Maatschappij van St. Nicolaas te Albany," tot een herinnerings- en gedachtenisfeest verheven, aan welker oprigting, zoo het schijnt, mannen als Herm. Bleeker, vroeger Zaakgelastige in de Nederlanden, en Jhr. Bangman Huygens, onze vroegere Ambassadeur in Amerika, (volgens het Algem. Letterl. Maandschr. Febr. 1836, blz. 36) de hand hadden. John F. Watson, die over de zeden en gebruiken (Manners and Customs) der oude Hollanders en over de bovengenoemde feesten handelt (zie Annals etc. p. 204), deelt op bl. 236-233 een en ander nopens dien Sanct en dat feest mede.

Bl. 75.,, Hollandsche taal." In sommige welvoorziene bibliotheken van Hollandsch sprekende Amerikanen trof ik ook enkele Hollandsche boekwerken aan, als bij den Ew. Wyckoff, het Tijdschrift: de Vereeniging, en bij den Ew. de Witt,

« PreviousContinue »