Page images
PDF
EPUB

Id. „Miss May." Dit werk van Caroline May, the American Female Poets, with biographical and Critical notes, Philadelphia 1848, in 8., waarin over meer dan een zeventigtal dichteressen gehandeld, en proeven uit hare dichtwerken medegedeeld wordt, was wel onze hoofdbron over de dichteressen. Ook dit boek hebben wij in den tekst bedoeld, als wij ons op Miss May beriepen. Het bevat de afbeelding van Frances S. Osgood.

Bl. 80.,,Philarète Chasles." Eenige malen haalden wij dezen schrijver aan en bedoelden dan zijne Etudes sur la Littérature et les Moeurs des AngloAmericains au XIX siécle, Paris: Amyot, Rue de la Paix, dat men niet zonder belangstelling lezen zal.

Bl. 81.,,Bryant, zijne bloemlezing." Voor een overzigt over de Amerikaansche dichters heeft zijne Selections from the American Poets by William C. Bryant, New-York 1848, zijnde N°. 111 uit the Family Library, ons vele diensten bewezen. Daarbij raadpleegden mij nog eene andere bloemlezing door eenen Engelschman: Selections from the American Poets with some introductory remarks. Dublin 1834, waarin men ook Dana's Buccaneer aantreft, waarvan wij eene analyse gaven.

Bl. 98.,,William Hunt." Het door ons bedoelde werk van dezen Amerikaan, op wien wij ons almede meermalen beroepen, is: the American Biographical Sketch-book, vol. I, Albany 1848, een werk vol biographische schetsen, ruwe portretten en afbeeldingen, doch waaronder eenige belangrijke schetsen voorkomen. Het werd door den schrijver opgedragen aan Zadock Pratt, met wiens levensschets, portret en afbeelding zijner fraaije buitenplaats het begint.

Bl. 102.,,Montégut." Hier en ook elders bij de dichteressen aangehaald is Emile Montégut, schrijver van een niet onbelangrijk artikel in de Revue des deux mondes, getiteld: Les Femmes Poëtes de l'Amérique du nord, waarbij het werk van Rufus W. Griswold, the female Poets of America, boven genoemd, tot leiddraad is gekozen. Zie de Revue d. d. M. T. II, 15 Mai 1851, p. 703— 714. Zoo het schijnt wordt daarin eene bijzondere voorliefde aan het slaven-meisje Phillis Wheateley en de dienstmaagd Maria James gewijd; doch belangrijker dichteressen, door ons besproken, voorbijgegaan.

Bl. 114. „John Bull." Over den oorsprong van dezen spotnaam (nickname) der Engelschen, zie men de Real Encyclopaedie of Conversations Lexicon in voce. In welke achting hij overigens in Amerika staat, blijkt wel genoeg uit de medegedeelde proeve van J. Kirke Paulding, wiens roman Sybrand Westbroek, of het hoekje van den haard van een Hollander, wij in den tekst genoemd hebben. Deze werd in het Hollandsch vertaald uitgegeven in 2 Dln. te Arnhem bij Thieme 1838, in 8°., 438 blz.

[ocr errors]

Bl. 128. Vertalingen van Washington Irving." Wij laten hier een overzigt van de ons bekende vertalingen in het Hollandsch volgen, van de werken van Irving als:

Schetsen en portretten in Engeland en Amerika naar het leven geteekend door Geoffroy Crayon, Lecuw. Steenbergen van Goor, 1823.

De inhond dezer schetsen is: kerstijd, postkoets, kersavond, kersdag, kersmaal,

eene gehuwde vrouw, iets nopens Engelsche schrijvers over Amerika, het landleven in Engeland, de kunst van boeken te schrijven, de slaapvallei, de weduwe en haar zoon, de spookbruidegom, eene schrijvers apologie.

Verhalen van een reiziger, door Steenbergen van Goor, 2 Dln. Amsterd. Schleijer, 1826.

De verovering van Granada, beschreven naar het (gefingeerde) handschrift van Antonio Agapida, 2 Din. Haarlem Wed. Loosjes, 1830.

De Alhambra, of nieuwe schetsen en portretten door H. Frijlink, 2 Dln. Amsterd. Frijlink, 1833.

Het leven en de reizen van Christoffel Columbus, 4 Dln. Haarlem, Wed. Loosjes, 1829 enz.

Ontdekkingsreizen van eenigen der vroegere togtgenooten van Columbus, een aanhangsel op Christ. Columbus, 1 Dl. Haarl. 1834.

Togt door de Prairiën van Noord-Amerika. Amsterdam, Frijlink 1835. Abbotsfort en de Abtdy van Newstead, of een bezoek op de landgoederen van Sir Walter Scott en Lord Byron, gr. 8°. Haarlem, Wed. Loosjes. Legenden van de verovering van Spanje, Amsterd. Frijlink 1837.

Bl. 133 enz.,,Astoria." Het Hollandsche werk van Irving onder dien naam, heeft den navolgenden volledigen titel:

Astoria, of avontuurlijke reize naar en over het klipgebergte van Noord-Amerika, ondernomen in het belang der door den Heer J. J. Astor opgerigte pel terij-compagnie, en beschreven door Washington Irving. 2 Dln. naar het Eng. Haarl. Wed. Loosjes Pz. gr. 8°. 677. 1837. Hiertoe behoort ook:

Lotgevallen en ontmoetingen van kapitein Bonneville, op zijne avontuurlijke togten aan gene zijde van het klipgebergte van Noord-Amerika; beschreven door Washington Irving, 2 Dln. gr. 8°. Haarl. bij de Wed. Loosjes, 1838.

Over Astor zelf, benevens af beelding, zie men het werk van William Hunt, the American biographical Sketchbook, vol. I. 272–275, en over de door hem gestichte Astor-bibliotheek te Nieuw-York, verwijzen wij naar de Fourth Annual Reports of the Board of Regents of the Smithsonian Institution enz. Washingt. 1850. 88-92.

Bl. 136. Vertalingen van Fenimore Cooper, in het Hollandsch:

De Spion, uit het Eng. 2 Dln. gr. 8°. Groningen bij van Boekeren, 1827. De Volkplanters, of de Bronnen der Susquehanna, uit het Eng. 3 Dln. gr. 8°. Gron. hij denz. 1826.

De Prairie, of de grazige woestijn van Noord-Amerika, 2 Dln. gr. 8°. Leyden bij Honkoop, 1832.

De laatste der Mohikanen, of de Engelschen in Amerika, naar het Eng. door G. L. van Oosten v. Staveren. 2 Dln. gr. 8°. Leiden v. d. Hock, 1833. De Loods. Een verhaal, naar het Eng. 2 Dln. 8°. Amst. bij Schleijer, 1835. De roode Zeeroover, 3 Dln. 8°. Amst. denz. 1836.

De Scherpregter van Bern, of het feest van den Wijnoogst, uit het Eng. door Steenbergen van Goor, Amsterd. bij denz. 2 Dln. 8°. 1836.

Het Waterspook, of de Nederlanders in Amerika. Een tafereel uit het begin der 18. eeuw, naar het Eng. 2 Dln. 8°. Amst. bij Schleijer, 1837.

Lionel Lincoln, of de belegering van Boston, naar het Eng. 2 Dln. 8°. Amst. Schleijer, 1838.

De reis naar Amerika, of de jagt op zee, uit het Eng. 2 Dln. 8°. Zutph. bij Thieme, 1840.

Eva Effingham, of schetsen van Amerikaansche zeden, uit het Eng. 2 Dln. 8°.
Zutph. bij Thieme, 1841.

Mercedes van Castilie. Een verhaal uit de dagen van Columbus, 3 Dln. 8°.
Amst. bij van Kampen, 1841.

De Hertendooder. Een Amerikaansch verhaal, 3 Dln. 8°. Amst. bij van
Kampen, 1842.

De Padvinder, of het meer Ontario. Een verhaal, 2 Dln. 8°. Groningen bij
Zuidema, 1842.

De Fransche Gouvernante, of de geborduurde zakdoek. Een roman, gr. 8o.
Nieuwediep bij Bakker, 1843.

Wyandotte, of de hutberg. Een roman uit het tijdperk der Amerikaansche
omwenteling, 2 Dln. 8. Alkm. bij van Vloten, 1844.

De twee Admiraals. Een zeeroman, tijdens den inval van den Pretendent in
Schotland, gr. 8°. Gorinchem bij van der Mast, 1845.

De familie Littlepage, 2 Dln. 8°. Utrecht bij Terveen en Zoon 1846.

De Bravo, 1 Dl. in het Album van romans en verhalen, 's Hage bij Ver-
vloet, in het 5e Dl.

Het Heidenkamp. Legenden aan de boorden van den Rhijn, 2 Dln. in het
Album van romans en verhalen, 10e en lle Deel.

Bl. 137.,,John Paul Jones." Over dezen romanheld van Cooper en
Dumas, bestaat een werk van Allan Cunnningham, Paul Jones, 3 Din.
Lond. 1828, ook in het Hoogd. Leipz. 1827-1828. Over onze volksliedjes
,,Daar komt Paul Jones aan," en eenige bijzonderheden betreffende zijn verblijf
te Amsterdam en in den Haag, zie het belangrijke tijdschrift, de Navorscher,
IIIe jaarg. bl. 38-40.

Bl. 151. Cooper overleed te Cooperstown." Over den dood van Cooper,
en de hulde, die de aanzienlijkste geleerden en letterkundige Amerikanen aan zijne
nagedachtenis bewezen, zie the American Magazine, by Henry Howard Paul,
Nov. 1851, waar ook zijn portret, en Reminiscences of the late Mr. Fen. Coo-
per by John Francis, M. D. in het Amer. Magazine van Dec. 1851; een
tweede portret, zie ook in Putnam's, Amirican facts etc.

Bl. 158.,,Miss Sedgwick." Hare in het Hollandsch vertaalde werken zijn:
Linwood, of Amerika zestig jaren geleden. Een geschiedkundig verhaal,
naar het Engelsch, 2 Dln. te Groningen bij van Boekeren, 1837, in gr. 8°.
557 bl. en

Hope Leslie, of vorige tijden in Massachusetts, te Deventer bij Ballot, 1838,
gr. 8°. 425 bl.

Bl. 161. Hawthorne." Van de Holl. vertaling: het huis met de zeven
gevels, door C. M. Mensing, 1 Dl. met vignet, vindt men eene belangwek-
kende aankondiging in de Gids 1852, N°. 10.

Bl. 167. Over Harriet Beecher Stowe's Negerhut, heeft ons lezend pu-
bliek reeds lang een gunstig oordeel geveld, de tweede druk bevestigt het gunstig
onthaal, dat haar werk hier genoot.

Lezenswaardig is ook M. E. van Meulen: een vlugtige blik op Noord-Amerika
en een boek daar verschenen, Utrecht, 1853.

[ocr errors]

Van dezelfde schrijfster verschenen in het Hollandsch vertaald:

Een kijkje in de hut van Oom Tom door Tante Marie voor hare neefjes en nichtjes. Met eene toespraak van de schrijfster H. Beecher Stowe, aan de jeugd, uit het Eng. vertaald door A. G. Bruins es, met pl. en vignet, Sneek bij van Druten en Bleeker, 1853.

De Slavernij, vervolg en sleutel op de Negerhut, door Harriet B. Stowe, 2 Dln. Haarlem bij A. C. Kruseman, 1853.

De Meibloem, tooneelen en karakterschetsen uit Noord-Amerika, vertaald door C. M. Mensing, Amsterd. bij N. G. van Kampen, 1853.

De Sabbath, schetsen hoe men den dag des Heeren doorbrengt, Amsterd. bij W. H. Kirberger, 1853.

[ocr errors]

Over Lyman Beecher (de vader) en eenige andere beroemde Beecher's, zie het Nederlandsch Athenaeum N°. 1. Eene afbeelding van de schrijfster der Negerhut, zie in de le Holl. uitgave, ook in het tijdschrift: de Tijd, Dl. XVII, bl. 84. Over eene Russische vertaling van dat werk zie den brief van N. Khanikoff, in the Christian Times, vol. V. N°. 266. Julij 29, 1853.

Bl. 184. „Stefens en Robinson." De overleden predikant G. H. van Senden, geeft in zijn werk: Het Heilige Land, of mededeelingen uit eene reize naar het Oosten, in de jaren 1849 en 1850, Gorinchem 1851, 1 Dl. bl. 103— 184, een belangrijk overzigt der pelgrimstogten, en reizen naar het Heilige Land. Daarin spreekt hij ook op bl. 177 over de reis van den Amerikaan Stefens (1837) en het belangrijke onderzoek van den beroemden Robinson.

Zie hier de titels hunner werken:

J. L. Stefens, Incidents of Travel in Egypt, Arabia, and the Holy Land; bij an American; 2 vol. New-York, 1837. En het andere:

[ocr errors]

E. Robinson and E. Smith, Biblical Researches in Palestine, Mount Sinaï and Arabia Petraea in 1838; drawn up from the original Diaries, with historical illustrations, by Edw. Robinson, With new Maps and Plans in five Sheets, London, 1843, 3 vol.

Dit werk werd gelijktijdig in het Hoogduitsch bearbeid door zijne bekwame echtgenoote, de dochter van den Hoogl. Jacob uit Halle, en die onder den naam van Talvj, mede een' Europeschen roem geniet:

Palestina und die südlich angränzenden Länder. Tagebuch einer Reise im Jahre 1838, in Bezug auf die Biblische Geographie unternommen von E. Robinson und E. Smith. Nach den Original Papieren mit historischen Erläuterungen, herausgegeben von E. Robinson, Doctor und Professor der Theologie in New-York, Halle, 1841.

Bl. 196.,,Channing." De van hem vertaalde werken in het Hollandsch zijn: Christelijke redevoeringen van Dr. W. E. Channing, uit het Eng. door J. J. Swiers, Groningen Wolters, 1850.

Zede- en staatkundige toespraken, met eene voorr. van Mr. Star Numan, 2 stukjes, Groningen, denz. 1850-51.

Over de Unitariërs of Unitarissen zie het meermalen aangehaalde werk van Rob. Baird, Kerkel. geschiedenis, 2e Dl. bl. 224–245. Ook het Evangelical Magazine and Missionary Chronicle, for April 1853, bevat daarover eenen belangrijken brief.

Bl. 208. Het Mesmerisme, of het dierlijk magnetisme, naar den uitvinder

Dr. Anton Mesmer, aldus geheeten. Men zie over dezen Zwitser en de geschiedenis van het Mesmerisme: Kluge, Proeve eener voorstelling van het dierlijk Magnetismus, enz., uit het Hoogd. door van der Breggen, Cornz. Amst. 1812; benevens een opstel door Dr. Lubach, in het Album der natuur, enz., Haarl, bij Krusemam, lle Afl. 1852, bl. 321–360.

Bl. 208.,,Mormonieten." Over deze verscheen een zeer belangrijk stukje, onder den titel: De Mormonen, of de kerk van Jezus Christus van de heiligen der laatste dagen, in hunne lotgevallen en leerstellingen geschetst, Utrecht, Kemink en Zoon. 1853.

Bl. 217.,,Friedrich von Raumer." Het hier door ons bedoelde werk is: Die Vereinigten Staaten von N. Amerika, 2ter Th. Leipz. 1845, ald. bl. 151 in de Holl. vertaling door ons gevolgd, 2e Dl. bl. 98 enz.

enz.;

Bl. 246. Over Prof. en Mevr. Robinson, zie men ook de Real-Encyclopaedie of Conversations Lexicon, in voce.

Bl. 263. Over de Noormannen in Amerika, en de anti-Columbiaansche ontdekking van Amerika, gaf ik voor verscheidene jaren, naar de Antiquitates Americanae, een werkje in het licht getiteld: Ontdekking van Amerika en herhaalde zeereizen derwaarts in de X-XIV eeuw, 's Gravenhage, 1838.

Bl. 268.,,Schoolcraft." Naast Schoolcraft's voortreffelijke History and Prospects of the Indian tribes of the United States etc., Philadelphia, 1851 en 1852, hadden wij over de Indianen en Indiaansche ondheden ook nog kunnen vermelden, het kostbare werk: Smithsonian Contributions to knowledge, City of Washington, 1848, 4 Dl. in 4. Waarvan het le Dl. over Indiaansche oudheden, het 2e Monumenten van N. York, door E. G. Squier, en het 4e eene Spraakkunst en woordenboek der Dakota-taal, door S. R. Riggs bevat. Het 3e Dl. behelst bijdragen tot de Nat. Historie door W. Henry Harvey. Dit kostbare werk bevindt zich, even als dat van Schoolcraft, ter koninkl. boekerij te 's Gravenhage.

Bl. 280.,,Audubon." Het door ons bedoelde en geschrevene opstel, verscheen in het tijdschrift: de Tijd, met portret van dien merkwaardigen ornithologist, onder den titel: John James Audubon, Eene uitgewerkte bladzijde uit de wetenschap in de Vereenigde Staten van Noord-Amerika. Zie de Tijd, Dl. XVIII.

Bl. 307.,,De Livingstons." Over de vroegere Rotterdammer Livings tons, zie men het werk van William Steven, the History of the Scottish Church, Rotterdam, Edinburgh 1832, op meer dan eene plaats; en over de beide Amerikanen: Rob. en Edward Livingston, zie men ook een welgeschreven artikel in de Encyclopédie des Gens du monde, Répertoire Universel des sciences, des lettres et des arts, etc., Par. 1842, Tom. XVI in voce.

Bl. 311. „Gallatin, Historisch-genootschap te Nieuw-York." Eene geschiedenis dezer werkzame en geleerde inrigting door Folsom, Historical Sketch of the N. Y. Society, vindt men in de Collections of N. Y. Hist. Society, NewYork 1841, vol. I, p. 458-479.

« PreviousContinue »