De Heer M'. J. O. WIJNMALEN, Raadsheer in het Hoog Geregtshof van Nederl. Indië. Luit. و R. G. B. DE VAYNES VAN BRAKEL « « Kolonel, 2o Directeur der Genie. M. RUDOLPH, Lid der Weeskamer te A. M. KOTTEG, Med. D'. en Officier »» P. J. P. W. B. DE WILDE, Med. D'. en L. H. SCHUMER, Med. D'. en Genees- M. J. KÖHLER, Assistent-Resident van eerste و W. C. KBUGHENIUS Mr. J. R. COUPERUS, Fiskaal bij den Indisch Magazijn. De Heer W. C. GEIL, Ingenieur der 2 kl. Batavia. Notaris te W. P. H. KOCKEN, Assistent-Resident te Djocjocarta. J. C. HEINEKEN, Koopman te Batavia. F. H. C. VAN MOTMAN, Landeigenaar te Buitenzorg. W. R. VAN MOTMAN, idem. Batavia, 10 February 1845. De Secretaris van het Bataviaasch Genootschap van Kunsten en Wetenschappen, P. MYER. MIJNE HEEREN ! Herinnerde ik u in onze vorige bijeenkomst, dat het eene gewoonte is geworden, om in elke jaarlijksche algemeene vergadering ten minste één nieuw deel verhandelingen ter tafel te brengen ook thans weder is de Directie aan die gewoonte getrouw gebleven, en heeft zij de eer u het XXte deel der verhandelingen van het Bataviaasch Genootschap van Kunsten en Wetenschappen, geheel afgedrukt, aantebieden. Het bevat de bijdragen tot de taal- land- en volkenkunde, welke, blijkens het algemeen verslag, dat ik in de maand October 1843 heb Voorgedragen, door de Directie daarvoor zijn bestemd geworden. De Heer J. F. C. GERICKE Phil. Theor. Mag. Litt. Humm. Doctor, Ridder der Orde van den Nederlandschen Leeuw, Afgevaardigde van het Nederlandsch Bijbelgenootschap te Soerakarta, heeft daarin eene nieuwe proeve van zijnen ijver Voor de studie der Javaansche taal gegeven, waarop het Genootschap te meer prijs stelt, omdat de door hem bewerkte Wiwoko aan ons |